Introverte en extraverte mensen
Extraverte mensen laden zich op aan sociale contacten, terwijl introverte mensen zich opladen aan het alleen zijn. Introverten hebben nood om zich bezig te houden met de binnenkant. Ongeveer 70% van de mensen is extravert en de maatschappij is erg gericht op deze groep mensen. Zelf ben ik een introvert persoon en geregeld stond er vroeger om mijn rapport te lezen: ‘Véronique behaalt goede punten, maar mag gerust wat socialer zijn in de klas.’ Of er werd verwacht dat ik meer mijn vinger opstak of aan meer activiteiten deelnam. Het liefste zat ik eigenlijk gewoon met mijn neus in de boeken.
Introversie en extraversie zijn net als hoogsensitiviteit persoonseigenschappen. Je wordt introvert of extravert geboren. Het is geen psychische aandoening. Je kan er dus geen behandeling voor volgen.
Extraverte mensen zijn in staat om veel prikkels tegelijk te verwerken. Daardoor kunnen zij veel stimuli aan. Introverten verwerken informatie en prikkels op een dieper niveau. Ze hebben tijd nodig om te bekomen van al hetgeen op hen afkomt.
Introverte mensen hebben tijd nodig. Tijdens een vergadering gaan zij vaak niet als eerste het woord nemen. Ze hebben tijd nodig om alles te laten bezinken wat ze horen en vinden het vaak moeilijk om voor een grote groep hun mening te verwoorden. Ze hebben meer tijd nodig om de juiste woorden te vinden.
Wederzijds begrip is heel belangrijk. Introverte mensen hebben vrienden nodig die begrijpen dat ze er niet altijd bij zijn en dat ze dit niet persoonlijk moeten nemen. Dit is niet omdat introverten niet van sociaal contact houden, maar omdat hen dit heel erg uitput. Het gaat om dosering.
Soms is er oordeel op introversie. Ach, wie vindt het nu niet leuk om naar en feestje te gaan? Hoe flauw ben je wel niet als je zo snel moe wordt op je eigen verjaardagsfeest? Ook introverten schamen zich soms of denken dat ze wat sterker zouden moeten zijn.
Introverte mensen gebruiken soms smoesjes. Hoe vaak heb ik zelf niet de uitvlucht ‘ik moet nog even kijken in mijn agenda of ik wel kan’ gebruikt als mijn collega’s na het werk nog iets wilden gaan drinken in een nieuwe zomerbar. Natuurlijk wist ik wel dat ik die avond niks te doen had, maar ik durfde niet vlakaf te zeggen dat ik geen zin had om mee te gaan, omdat ik niet oncollegiaal wou zijn. Ik wou geen spelbreker of pretbederver zijn.
Zowel extraversie als introversie hebben hun positieve en negatieve kanten. Zou de wereld niet mooier zijn als extraverte en introverte mensen die positieve kanten vooral naar boven zouden halen in elkaar. We hebben elkaar nodig.